Deze zondag staat in het teken van de eerste verschijning van Jezus na zijn begrafenis. Deze twee ikonen van Theofánis de Kretenzer, in Kretenzische Stijl, verbeelden de tekst.
[1] Na
de sabbat, bij het aanbreken van de eerste dag van de week, gingen Maria van
Magdala en
de andere Maria naar het graf kijken. [2] Plotseling
kwam er een zware aardbeving. Want een engel van de Heer daalde uit de hemel
neer, kwam naderbij, rolde de steen weg en ging erop zitten. [3] Zijn
uiterlijk schitterde als een bliksemflits en zijn kleding was wit als
sneeuw. [4] De
wachters beefden van angst en werden lijkbleek. [5] De
engel zei tegen de vrouwen: ‘U hoeft niet bang te zijn, want ik weet dat u Jezus
zoekt die gekruisigd is. [6] Hij
is niet hier: Hij is tot leven gewekt, zoals Hij gezegd heeft. Kom, kijk naar de
plaats waar Hij gelegen heeft. [7] Ga
snel tegen zijn leerlingen zeggen: “Hij is uit de doden opgewekt, en zie, Hij
gaat voor u uit naar Galilea; daar zult u Hem zien.” Dit had ik u te
zeggen.’
Links: Onder de boog staat ΙΔΕ Ο ΤΟΠΟΣ ΟΠΟΥ EKEITO O Κ(ΥΡΙΟ)Σ (zie de plek waar de Heer lag) en, rechts, bij de opening van het graf: O ΑΓ(ΙΟ)Σ ΤΑΦΟΣ (het Heilige Graf)
De Steen/Ο Λίθος
(Theofánis de Kretenzer, I.M. Stavronikíta, 1546)
[8] Ze gingen snel van het graf weg, vol angst en met grote vreugde, en ze liepen hard om het aan zijn leerlingen te vertellen. [9] En zie, Jezus kwam hun tegemoet. ‘Gegroet’, zei Hij. Ze gingen naar Hem toe, grepen Hem bij de voeten vast en vielen voor Hem op de knieën. [10] Toen zei Jezus hun: ‘Wees niet bang. Ga mijn broeders vertellen dat ze naar Galilea moeten gaan. Daar zullen ze Mij zien. (Matth. 28, 1-10)
Το Χαίρε των Μυροφόρων/De begroeting van de Mirondraagsters
(Theofánis de Kretenzer, I.M. Stavronikíta, 1546)
Onder de boog staat Το Χαίρε των Μυροφόρων (de begroeting van de Mirondraagsters): Gegroet. Opschrift bij de Moeder Gods: Μ(ΗΤΗ)Ρ Θ(ΕΟΥ), bij Jezus: Ι(ΗΣΟΥ)Σ Χ(ΡΙΣΤΟ)Σ, en bij Maria Magdalena: Η ΑΓΙΑ ΜΑΡΙΑ Η ΜΑΓΔΑΛΗΝΗ