In haar blog schrijft Beukers over een promotieavond van de toeristische organisatie Mount Athos Area Organization die van 15 mei tot 15 juni een Festival organiseert waarin de Athoskeuken centraal staat: Mount Athos Kouzina. Ook Tsantáli speelt natuurlijk een rol.
Ze schrijft:
De goden wilden me deze week iets vertellen, daar ben ik van overtuigd. Het kan toch geen toeval zijn dat Griekenland en Griekse wijn twee keer binnen één week op mijn pad kwamen? Afgelopen donderdag, 16 januari, woonde ik in restaurant Nomisto in Amsterdam een diner bij waar de keuken van de berg Athos centraal stond. Gerechten van de monniken van het wereldberoemde schiereiland vol kloosters werden geserveerd samen met wijnen uit de streek; geheel werd verlevendigd met een presentatie van alles wat de regio de toerist te bieden heeft. De vele stranden en de diepblauwe zee hadden wel een impact, op die kille januari-avond. De tweede vingerwijzing kreeg ik gisteren, op de Vakantiebeurs, maar daarover later meer.
Mount Athos
In het noorden van Griekenland ligt het schiereiland Halkidi, bestaande uit drie rotsige vingers die de Egeïsche Zee insteken. De helft van de meest oostelijke vinger wordt ingenomen door de monnikenrepubliek Athos, waar alleen mannen op bezoek mogen komen. De meer dan 2000 religieuzen leven verspreid over 32 grote en kleine kloosters en 800 cellen, en zij eten wat de bergen en de zee opbrengen: groente en vis voornamelijk. De keuken van de streek buiten de republiek wordt voor een groot deel ook door die producten bepaald; daarnaast zijn er ingrediënten als honing (gebruikt in zoet gebak), kaas, yoghurt en fruit. Ook de kruiden uit de bergen spelen een belangrijke rol in de keuken. En af en toe staat er een schaap of lam op het menu. Druiven groeien er natuurlijk ook, al sinds mensenheugenis, en behalve moderne producenten als de inmiddels internationaal bekende Claudia Papayianni maken ook de monniken er nog altijd wijn van die druiven.