Met
broeder Pachomios heb ik de volgende dagen vele en diepgaande gesprekken
gevoerd. Over ons geloof in dezelfde God Almachtige Vader,
in dezelfde Verrezen Heer, in dezelfde Geest die bezielt en doet leven. Maar
ook over wat ons scheidt, over de oecumene, over de moeilijkheden die eenheid (en
mijn groot verlangen) in de weg staan,
I.M. Karakállou, hoofdingang
(Foto Vasílis)
over het verlies van waarden in de wereld, over zovele dingen waarvoor ik broeder Pachomios niet genoeg kan danken
daar met mij zo openhartig, eerlijk en diepgaand over gesproken te hebben. Hij
begreep ook goed mijn persoonlijke engagementen in een gemeenschap waar ik al
meer dan vijftig jaar deel van uitmaak en mijn verdriet dat juist omwille
daarvan “kiezen” voor mij haast onmogelijk is.
Hij gaf
me op een bepaald ogenblik ook een in het Nederlands uitgegeven gebedenboekje
om zo orthodoxe gebeden te kunnen lezen die aangepast zijn aan de morgen, de
avond, de tijd van het jaar, enz. Zelf vond hij het niet honderd procent goed,
maar ik heb er alvast één gebed uit overgeschreven dat me persoonlijk erg
aansprak. Ik geef het graag weer aan het eind van dit artikeltje zodat ook U
het kan lezen en bidden.
Iets
helemaal anders dat mijn verbondenheid met de kloostergemeenschap van het
klooster van Karakallou nog hechter maakte, was het feit dat ik enkele dagen
heb mogen meewerken in de keuken. Ik had broeder Pachomios vroeger al laten
weten dat ik graag bereid was om gedurende de dagen dat ik dan bij hen mocht
zijn, ook enige dienst wilde verlenen als dat kon. Zo belandde ik dus in de
keuken en mocht er mee kilo’s aardappelen schillen, prei en uien snijden,
erwten en look pellen, een keer de vaat mee doen, dit samen met broeder Pachomios.
Skíti Agíou Andréa
Door wat
later een misverstand bleek te zijn, moest ik een dag vroeger dan voorzien uit
Karakallou vertrekken en zou ik mijn laatste dag op de Heilige Berg dan gaan
doorbrengen in de Skiti Ag. Andreas in Karies. Op het
moment van vertrek vergezelde broeder Pachomios mij tot de plaats waar het
busje mij en de andere pelgrims die vertrokken zou komen ophalen. Nog een
laatste gesprek, nogmaals de verontschuldigingen dat het door een misverstand
zo gelopen was, nogmaals het aanbod van dan toch te blijven.
Toen kwam vader Pródromos nog aangelopen. Die
had me gezocht omdat hij ook afscheid wou nemen, had een stuk chocolade mee
voor mij voor onderweg en raadde me nogmaals in Ag. Andreas aan contact op te
nemen met de vaders wiens namen hij op een blaadje voor mij had genoteerd. Na
nog een uitdrukkelijke vraag om te schrijven zohaast ik thuis was (wat
inmiddels al is gebeurd) en de hoop uitgesproken te hebben dat ik toch nog eens
terug zou komen, werd ik door beiden nog omhelsd. Ik was echt ontroerd!
Wanneer
ik nu over dit alles nadenk, weet ik meer dan ooit dat God onze Vader zich
toont in vele grote én kleine dingen. Het gevoel dat ik had terwijl ik de
vieringen bijwoonde, de bezorgdheid die ik zo vaak ondervond (o.a. vader Pródromos
die tijdens een viering pilletjes voor mij ging halen omdat ik hoofdpijn had),
hun warm onthaal, hun ontroerend afscheid, in dat alles, iedere keer weer, zag en
voelde ik een glimp van Gods goedheid en liefde. Dat zou
ik ieder van U ook graag toewensen: Gods nabijheid, Zijn goedheid en liefde te
mogen ontdekken in vele, zelfs kleine dingen van elke dag. Ik ben broeder
Pachomios, vader Pródromos en al de andere vaders die ik ontmoette enorm
dankbaar om het grote geschenk dat ik heb gekregen!
Broeder Pachomios
(Foto Vasílis)
Gebed van de Heilige metropoliet Filaret van Moskou en Kolomna (+ 1867)
Heer, ik weet niet
waar ik U om zal bidden.
Gij alleen weet wat ik nodig heb.
Gij hebt mij meer
lief dan ik mezelf kan liefhebben.
Laat mij mijn noden zien, die voor mij verborgen zijn.
Ik waag het niet te
vragen, noch om een kruis, noch om vertroosting.
Ik sta alleen maar voor U, mijn hart is open voor U.
Al mijn hoop heb ik
gevestigd op U.
Zie wat ik nodig
heb, en wat ik zelf niet weet.
Zie toe, en doe met
mij volgens uw barmhartigheid.
Werp mij neer en richt mij op,
Kastijd en genees
mij.
Ik aanbid U en ben stil voor uw heilige wil
En voor uw
ondoorgrondelijke wegen.
Ik geef mij over in
uw handen, als een offer:
Mijn enige verlangen is, Uw wil te doen.
Heer, leer mij hoe ik moet bidden.
Bid Gij zelf in mij.