Den Haag 1997
De Panagía Kanakariá kent een lange (her)bouwgeschiedenis met mozaïeken uit vermoedelijk de zesde eeuw. Het teruggevonden Thaddeusmozaïek was een van de topstukken op de spontaan georganiseerde tentoonstelling De verloren kunstschatten van Cyprus in Den Haag. Aanleiding tot de expositie vormde de 'herovering' op de louche kunsthandel (zie Aydin Dikman) van orthodox christelijk erfgoed door Tasoula Hadjitofí, honorair consul van Cyprus, (op de foto (Harry Verkuylen, Haagse Courant) samen met bisschop Vasílios) in samenwerking met Michel van Rijn:
Tasoula Hadjitofí beschrijft haar strijd voor het religieus culturele erfgoed van haar vaderland in het boek The Iconhunter (2017) en ze voert over de gehele wereld actie.
Over het terugvinden van de voorwerpen op de tentoonstelling in Den Haag is veel gepubliceerd, in woord en beeld, ook in Nederland. Maar het bleef niet bij religie of kunst alleen, al snel bemoeide de Turkse politiek zich ermee. Zo paste in Den Haag de slappe museumdirecteur, na aandringen van de Turkse ambassade, zelfs censuur toe op in Vrij Nederland en de Haagse Courant gepubliceerde artikelen. Deze degelijke artikelen waren ter informatie in de expositieruimte aan de muur gehangen, en bevatten onder meer het door schrijvers gebruikte woord 'bezetting'.
Noord-Cyprus, 2017
Een kartonnen bordje naast de ingang van de kerk meldt, in het Engels, dat de sleutel bij het huis naast de kerk te verkrijgen is, maar de gepensioneerde Turks-Cyprische politieman Errol staat er al mee buiten zodra hij ons ziet. Hij is de vrijwillige hoeder van de kerk en hij wil ons graag alles binnen laten zien en erover praten....
En zo kwam ik te weten dat 'de maffia' de kerk vorige eeuw van haar kostbaarheden had ontdaan (zie hierboven). Ik ben met de vriendelijke man niet nader in discussie gegaan. Het lijkt me echter duidelijk dat de Turkse (militaire) overheid de hoofdverantwoordelijke is voor de aanslagen op het orthodox christelijke erfgoed.
Maar niet alle schade die tegenwoordig te zien is, is van na 1974/76. Restauraties en reparaties zijn er ook van vóór de komst van de Turken soldaten. Het verschil is soms moeilijk te zien. Vergelijk mijn foto hierboven met die uit 1973 hiernaast, met name de bogen vóór de apsis:
Het Thaddeusmozaïek komt uit de apsis, waarin in 1973 (onder) nog mozaïek aanwezig is, maar nu nauwelijks nog. De Panagía heeft haar kind aan plunderaars verloren:
Er valt over (de geschiedenis van) de Panagía Kanakariá veel te vertellen en te onderzoeken (zoals de beschadigde Panagía (1779, boven de ingang). Daarvoor vind ik mijn Athosblog echter niet de geschikte plaats. Het Thaddeusmozaïek en andere heilige afbeeldingen bevinden zich (voorlopig) in het museum in Lefkosía (Nicosia), Grieks-Cyprus.
(Inf.: Lythrangomi; Dumbarton Oaks) Afbeeldingen uit 1973:
Tasoula Hadjitofí beschrijft haar strijd voor het religieus culturele erfgoed van haar vaderland in het boek The Iconhunter (2017) en ze voert over de gehele wereld actie.
Over het terugvinden van de voorwerpen op de tentoonstelling in Den Haag is veel gepubliceerd, in woord en beeld, ook in Nederland. Maar het bleef niet bij religie of kunst alleen, al snel bemoeide de Turkse politiek zich ermee. Zo paste in Den Haag de slappe museumdirecteur, na aandringen van de Turkse ambassade, zelfs censuur toe op in Vrij Nederland en de Haagse Courant gepubliceerde artikelen. Deze degelijke artikelen waren ter informatie in de expositieruimte aan de muur gehangen, en bevatten onder meer het door schrijvers gebruikte woord 'bezetting'.
Noord-Cyprus, 2017
Een kartonnen bordje naast de ingang van de kerk meldt, in het Engels, dat de sleutel bij het huis naast de kerk te verkrijgen is, maar de gepensioneerde Turks-Cyprische politieman Errol staat er al mee buiten zodra hij ons ziet. Hij is de vrijwillige hoeder van de kerk en hij wil ons graag alles binnen laten zien en erover praten....
En zo kwam ik te weten dat 'de maffia' de kerk vorige eeuw van haar kostbaarheden had ontdaan (zie hierboven). Ik ben met de vriendelijke man niet nader in discussie gegaan. Het lijkt me echter duidelijk dat de Turkse (militaire) overheid de hoofdverantwoordelijke is voor de aanslagen op het orthodox christelijke erfgoed.
Maar niet alle schade die tegenwoordig te zien is, is van na 1974/76. Restauraties en reparaties zijn er ook van vóór de komst van de Turken soldaten. Het verschil is soms moeilijk te zien. Vergelijk mijn foto hierboven met die uit 1973 hiernaast, met name de bogen vóór de apsis:
Het Thaddeusmozaïek komt uit de apsis, waarin in 1973 (onder) nog mozaïek aanwezig is, maar nu nauwelijks nog. De Panagía heeft haar kind aan plunderaars verloren:
Op vele plaatsen zijn op de muren de sporen van de (pogingen tot) vernielingen te zien:
Mijn indruk is dat voor dit Panagía Kanakariákerkje naar omstandigheden redelijk wordt gezorgd. Het gebouw maakt een goede indruk. De Turk-Cyprische overheid ziet misschien wel de toeristische waarde van dit internationaal bekende gebouw in , dat natuurlijk een museum is. En wat mij opviel, is dat je ondanks die museumstatus wel een kaarsje mag opsteken.
Er valt over (de geschiedenis van) de Panagía Kanakariá veel te vertellen en te onderzoeken (zoals de beschadigde Panagía (1779, boven de ingang). Daarvoor vind ik mijn Athosblog echter niet de geschikte plaats. Het Thaddeusmozaïek en andere heilige afbeeldingen bevinden zich (voorlopig) in het museum in Lefkosía (Nicosia), Grieks-Cyprus.
(Inf.: Lythrangomi; Dumbarton Oaks) Afbeeldingen uit 1973: