De kasten hadden het door de harde wind echter zwaar te verduren.
Die 'professionals' moeten het project nu verder uitwerken, maar Thomas' werk als drijvende kracht is nu afgesloten. Daardoor kan hij nog meer tijd besteden aan een andere grote liefde: bijen en honing. Honing (Grieks: μέλι/méli) van Athos nog wel.
Deze liefde leverde een bijzondere ervaring op. Als de tamme kastanje en de lindebomen gaan bloeien, gaan veel imkers uit Chalkidikí voor de honingoogst naar de Athosberg. En samen met zijn maatje Tásos uit Ouranoúpoli bracht Thomas deze zomer de bijenkasten naar de Heilige Berg.
Vroeg in de ochtend (vier uur) vertrokken ze met de Evangelístria vanuit het haventje van Tripití naar Dáfni. De meeste imkers hebben een overeenkomst met de kloosters voor de bloeiperiode en samen huren ze de boot voor deze expeditie.
Voor vertrek moeten ze eerst allemaal worden ingeschreven en gecontroleerd op de gekregen toestemming. Daarna is het op de boot betalen voor de overtocht, per kast. Er zijn mooi beschilderde kasten die voor zichzelf spreken.
Een indrukwekkend aantal bijen brengen de imkers over. Ongeveer vijftien vrachtwagens volgeladen met bijenkasten: ongeveer 150 (dubbele) kasten per vrachtwagen, maal 30.000 bijen, welgeteld vier en een half miljoen bijen, maal vijftien vrachtwagens, in totaal ruim vijf en zestig miljoen bijen! En vriend Thomas is slechts één keer gestoken.
Dáfni komt in zicht. De kastanje staat in volle bloei. De 150 kasten van Tásos moeten daarom snel naar de gereserveerde plaats worden gebracht. Iedere imker heeft zijn eigen plek. Thomas en Tásos rijden over de kam van de bergrug naar het gebied van I.M. Agíou Pávlou, aan de voet van de Athosberg. Zie voor een bijzonder bericht hierover deel 3/3.
Wordt vervolgd
Foto's Thomas