Blik via het pad naar beneden, naar de arsanás
1995 2014
Ik steek het grasplein over naar de hoofdingang. Het is stil. Overal. Ik loop naar binnen en in het kantoortje van de portaris lijkt ook niemand te zijn. Op een bordje staat: voor het archontaríkion hier bellen. Dat doe ik.
Een jonge monnik stond half verscholen naast het hokje. Hij stapt naar voren en vraagt τι θέλετε (ti thélete/U wenst)? Dan gaat zijn mobiele telefoon als gevolg van mijn bellen...(Hij had ook niet gezegd, dat hij de portaris of archontaris was, hij wilde me later ook niet vertellen wat zijn naam was.) Het is half één.
De jonge portaris vraagt naast mijn diamonitírion ook mijn IDkaart ter registratie. Dat heb ik nog niet eerder meegemaakt. Na even wachten in het archontaríki krijg ik mijn kamer toegewezen. Om 13.00 uur is de verering van de Heilige relikwieën (Grieks: Ιερά λείψανα/Jerá liépsana), zo meldt de monnik. Ook dit wijkt af van het meest voorkomende patroon op de Heilige Berg. Meestal vindt deze verering na het avondmaal plaats.
Deze proskínima wil ik niet missen. Het is het enige moment van de dag dat de religieuze schatten aan de pelgrims worden getoond. Onder de relikwieën bevindt zich een deel van het Kostbare Kruis, het grootste stuk ter wereld zelfs. Bezweet en wel heb ik nog 12 minuten om mij op te frissen. Het lukt gelukkig.
Foto's Vasílis